Historie Groningen Losplaats, Roodeschool, Eemshaven |
Groningen
In de jaren ’60 tellen we rond Groningen zeker een tiental bedrijfsaansluitingen en ook de lijn naar Drachten genereert enig goederenvervoer. In 1985 wordt deze lijn, waar de scheerapparatenfabriek van Philips de laatste klant is, gesloten.
Wat dan resteert is Groningen Losplaats, aan de oostzijde van het station, met een aansluiting van de Agrarische Unie en een VAM-laadbunker, een stamlijn langs de Bornholmstraat, die in die jaren vijf kadesporen aan het Eemskanaal en een loods van Van Gend & Loos verbindt met de losplaats.
Hoe is het in 1997?
Groningen heeft nog een eigen dagelijkse buurtgoederentrein vanuit Onnen. Hij bedient eerst de losplaats waar Strukton een bouwplaats heeft, hij brengt wagens kunstmest van DSM Geleen naar de Agrarische Unie de Vulcaan, de naastgelegen VAM-laadbunker is al sinds 1986 buiten bedrijf. Ongeveer drie keer per week bezoekt een goederentrein de stamlijn Eemskanaal, waar zich o.a. een Van Gend & Loosloods bevindt. Er worden hygiënische producten en papier verladen.
Het enige heuglijke feit uit de laatste halve eeuw is de aanleg in 1998 van een nieuw spoor met een grote losplaats naar Vagron, de opvolger van de VAM. Hoewel hier de bakermat ligt van het geliberaliseerde goederenvervoer in het land, hoewel het railvervoer hier aan het begin van de 21ste eeuw een flinke opleving heeft gekend, is Groningen anno 2010 geheel railgoederenloos.
Zelfs het aantal doorkomsten van goederentreinen is op twee handen te tellen: 5x de condensaattrein naar Roodeschool, 3x de uc naar Eemshaven en 1x de containertrein Veendam – Leeuwarden: 9 treinen (waarvan er 8 ook op hun retourtocht Groningen doorsnijden) per week.
Lijn Drachten
Het is 1913 wanneer de NTW vanaf Groningen via Roden, Leek en Marum zijn eerste tram naar Drachten rijdt. Hij zal dat blijven doen tot 1948. De lijn is dan al door de NS als goederenraccordement overgenomen. Philips opent om de werkgelegenheid in de regio te stimuleren in 1951 een filiaal, waar de beroemde Philishave geproduceerd zal worden. Regelmatig rijdt er een buurtgoederentreintje met producten van Philips uit Drachten en soms kunstmest voor Roden door de dorpskernen van Leek en Peize, totdat in juni 1985 het doek valt.
Groningen Losplaats
Ongetwijfeld heeft de losplaats een groots verleden. Buizen, aardappelen, bitumen en veevoer zijn hier in elk geval overgeslagen. Bekend is dat tot 1 januari 1986 er VAM-wagens bij het vuiloverlaadstation gevuld zijn, en er tot ’94 aardappels in koelwagens geladen worden. Feit is dat de laatste bediening heeft plaats gehad in 1998, enkele wagens kunstmest naar De Vulcaan. De producent, DSM, had besloten over te stappen op wegvervoer.
In 1995 publiceert NS Cargo een ambitieus plan om bloemen en planten te gaan vervoeren vanaf Nieuw Amsterdam en Groningen naar Hoofddorp (veiling Aalsmeer), 5 keer per week maar liefst. Het plan, dat nooit verwezenlijkt wordt, houdt de treinbladen wel weer enige tijd bezig.
In ’97 wordt nog gemeld dat de nabij de losplaats gebouwde vestiging van Strukton mogelijk spoorvervoer zal opleveren. Ook hier is nooit meer over gerapporteerd.
Eemskanaal
Vijf kadesporen aan het Eemskanaal heeft stamlijn met de losplaats verbonden. Alleen de meest noordelijke kadesporen hebben het tot in 2010 overleefd. Twee parallelle sporen met nog de rails van een portaalkraan liggen onder de hopen zand en grind van een bouwbedrijf.
Aan de stamlijn langs de Bornholmseweg is nog lang incidenteel goederenvervoer geweest. Papier uit Zweden naar de hier gelegen aansluiting van Van Gend en Loos, en afvoer van hygiëneproducten van Mölnlyke uit Hoogezand naar Oostenrijk. In 1995 start de gemeente de discussie over het voortbestaan. Twee jaar later wordt een opleving van het vervoer aan dit raccordement gemeld. Rond 2000 verplaatst Mölnlyke de overslag naar Veendam. In 2001 is er geen trein meer gezien, in 2005 wordt de lijn opgeheven.
De stamlijn is inmiddels ten prooi gevallen aan het Europark stadproject. De weg die ongeveer op de boog loopt, die de aansluiting vormde tussen het spoor aan de Bornholmseweg en de losplaats heet nu treffend Oude Stamspoor. De brug over het Oude Winschoterdiep is gerenoveerd; er komt een fietspad over heen. Alleen de losplaats met de sporen eromheen is nog terug te vinden. Het VAM-station is gesloopt, De Vulcaan is weg en de haven deels gedempt. De rest is nog te herkennen op de satellietbeelden van Google, maar de herinnering aan de raccordementen zal binnen korte tijd uitgevaagd zijn.
VAM/Vagron
Op verzoek van de gemeente Groningen herstart VAM in 1998 het vervoer van huisvuil per trein. Het zal plaats vinden in ACTS-containers en ACTS besluit zelf de treinen te gaan rijden; het is daarmee de eerste particuliere vervoerder in het land. De eerste maanden wordt geladen op het spoor langs de Bornholmweg.
Direct na de opening van de aansluiting in september 1998 start ACTS een dagelijkse afvaldienst naar Wijster. Vervoerd wordt GFT-afval, grof huishoudelijk afval en het zogenaamde RDF, een restproduct van de vergistingsinstallatie die biogas produceert. In 2001 komt er voor dat RDF een wekelijkse afvaltrein naar Schwarze Pumpe in Spreewitz, hiertoe worden dagelijks enkele wagens op Groningen Losplaats aan de trein toegevoegd. Later zal ACTS ook wanneer Essent Milieu (v.h. VAM Wijster) een overschot aan RDF heeft, dit voor Essent gaan afvoeren. Twee jaar later komt er tweemaal per week een RDF-trein bij naar Bremen. Omdat het vervoer naar Duitsland regelmatig gestaakt en opnieuw gestart wordt en omdat er voor de verschillende treinen steeds weer andere locomotieven gesteld worden, hebben de vakbladen het er maar druk mee (zie ook bronnenlijst).
De trein naar Spreewitz vervalt herhaaldelijk, die naar naar Bremen stopt in het voorjaar van 2009. In de loop van 2010 wordt het vuilvervoer bij Vagron geheel gestopt.
Roodeschool
In het uiterste noorden van Groningen ligt Roodeschool.
Juni 1884 wordt Groningen – Delfzijl geopend. Vanaf Sauwerd takt de lijn naar Roodeschool af, de opening is op 16 augustus 1893. In 1922 wordt dan nog een zijlijn vanaf Winssum naar Zoutkamp aangelegd. Maar zoals bij zoveel in de 20ste eeuw aangelegde lijnen, is ook deze niet rendabel. Reeds in 1938 wordt het personenvervoer gestaakt, drie jaar later ook het goederenvervoer.
Ook de spoorlijn naar Roodeschool door het uiterst vlakke, winderige en vooral dunbewoond gebied is al herhaaldelijk bijna opgeheven, maar steeds weer niet. Arriva lijkt nu wel te voldoen met de eenmansbediening en een handjevol reizigers. Wellicht is het economisch belang voor het behoud van de lijn doorslaggevend.
In 1975 verschijnt er in het verlengde van het station en dus midden in het dorp een laadpunt voor het olie-achtige aardgascondensaat, het restproduct bij de aardgaswinning. Twee sporen met elk acht laadpunten. In den beginne werden er meestal treinen van 10 ketelwagens afgevoerd, tegenwoordig ligt het dagelijkse aanbod op zeven. Dit komt niet door een verminderd ladingaanbod, maar doordat sinds enkele jaren ketelwagens met een grotere inhoud, type Zans van Wascosa worden ingezet. ’s Zomers rijdt de trein niet elke dag, ‘s winters elke werkdag.
Aanvankelijk wordt het condensaat via Onnen soms naar de Botlek, soms naar naar DSM in Geleen vervoerd, waar het als grondstof voor plastics verder verwerkt wordt; tegenwoordig vertrekt het in de namiddag vanuit Roodeschool naar Odfjell in de Botlek waar de wagens om acht uur in de ochtend worden geplaatst.
Eemshaven
De Eemshaven is de haven van de hoop. De groei in de jaren zestig maakt het noorden optimistisch, er moet een grote zeehaven komen. In 1973 komt het eerste deel gereed, in 1985 bereikt hij de huidige omvang. De geplande olie- en chemische industrie is er niet gekomen, de in 1986 met 120 miljoen gulden investering gebouwde fruitterminal blijft werkloos en wordt later voor andere doeleinden gebruikt. In 1990 opent een patatfabriek zijn poorten, hij is zeven jaar later alweer weg. Een moutfabriek start in 2006; hier wordt graan uit de omgeving verwerkt. BioValue start in 2007 met de productie van biodiesel; door de crisis is de fabriek echter in 2009 voorlopig gesloten. In 2008 vestigt zich er een datacenter, niet bepaald een boost voor het spoorvervoer.
Wel wordt de Eemshaven een energiecentrum van nationaal belang. Electrabel opent in 1997 een gasgestookte energiecentrale, in 2008 start Nuon met de bouw van een elektriciteitscentrale, die in 2012 geopend wordt; dit moet een multifuel centrale worden, op gas gestookt en later ook op kolen en bio-gas. Het Duitse RWE bouwt een kolencentrale. Vanuit Noorwegen komt er een onderzeese hoogspanningskabel aan land. Een plan voor een LNG-terminal wordt na vele jaren discussie in 2010 afgeblazen. En dan is het hele gebied bezaaid met windmolens.
Industrie is er dus nauwelijks, overslag een beetje en energie in overvloed.
In 1978 wordt de spoorlijn Groningen – Roodeschool doorgetrokken naar het Industrieterrein Eemshaven.
Veel spoorvervoer is er nooit geweest en is er ook nu niet. Een korte hausse kent 1995 wanneer er tientallen windmolens in onderdelen per trein worden aangevoerd. Windmolens staan er plenty, misschien is dat dan de hoop van de toekomst. Het geluid dat de spoorlijn met enkele honderden meters wordt doorgetrokken tot de veerboot naar Borkum wordt de laatste tijd sterker. Station Roodeschool zal dan verplaatst worden, waarna Arriva tot aan het Eemshaven door rijdt. Hoop blijft er.
Socar Terminal Groningen
Deze terminal wordt eigenlijk alleen incidenteel gebruikt als losplaats voor militair vervoer In 2000 maakt de aanleg van een laadspoor (van Wagenborg), ook wel benoemd als “overslagterminal voor containers en voertuigen” het spoorvervoer van militair materieel beter mogelijk. Het begint in de zomer van dat jaar met enkele treinen voor Nederlandse legervoertuigen die terugkomen uit Kosovo. In november komen er twee treinen met legercontainers uit Den Helder.
Al eerder, namelijk in 1991 is er overigens in het kader van de operatie Desert Shield al grootschalig militair vervoer van Amerikaans legermaterieel van Duitsland naar de Nederlandse havens. Voertuigen gaan naar ECT in de Waalhaven, munitie om veiligheidsredenen (hier woont immers niemand en er staan nauwelijks bedrijven) naar de Eemshaven. Tussen 1995 en 2001 is het er stil. In de jaren erna rijdt er incidenteel een legertrein, bijvoorbeeld op 28 mei 2010.
Wagenborg
Een met veel belastinggeld aangelegde bananenterminal wordt geen succes. In de loods, dan in het bezit van NET, worden in het begin van de jaren negentig aardappels in koelwagens geladen. In 1997 is er al incidenteel papiervervoer.
Wagenborg neemt in 1999 het terrein over; het verkoopt de apparatuur en richt de hallen in voor het laden/lossen van rollen papier. Er kunnen vijf wagens tegelijk geladen worden. Het papiervervoer dat in 2002 van Delfzijl wordt overgenomen is gedurende enkele jaren wel een succes.
Begin 2005 komt er een nieuwe vervoersstroom op gang. In plastic verpakte houten planken per spoor aangevoerd uit Oostenrijk, Tsjechië en Slowakije worden hier per spoor aangeleverd en per zeeschip geëxporteerd. Tot op heden houdt deze stroom aan, bijvoorbeeld op 15 april 2010 worden er 9 wagens aangeleverd, op 17 augustus 2010 zijn dat er drie.
TCE/Veem & Factor/Wagenborg
Transit Center Eemshaven (TCE) vestigt zich in 1988 op de kop van de Eemhornweg. Er komt direct een spooraansluiting; er is wel eens spoorvervoer. In 1997 verandert de naam in Veem & Factor. dat eveneens incidenteel treinladingen verwerkt.
Bijvoorbeeld in 2001: gesloten wagens met gezakte suiker.
In 2002 gaan er rollen aluminium op de trein.
TCE/V&F heeft sinds de opening in 1988 de beschikking over een eigen O&K-locje R9902, fabrieksnr. 26538 (bouwjaar 1965 – reed van ’65 – ’88 bij Müller in Rotterdam)
Of het nu bij Wagenborg of Veem & Factor was, feit is dat eind 1998 enkele containertreinen hier beladen worden; een vervolg heeft dit niet gekregen, al waren de verwachtingen, zoals steeds, erg hoog. In 2008 is Veem & Factor overgenomen door Wagenborg.
In de eerste maanden van 2008 worden – in verband met de brand bij Lafarge in Delfzijl – enkele treinen met gipsplaten achter locs van ERS en ACTS in de Eemshaven gelost.
In juni 2010 komen er enkele wagens betonstaal uit Luxemburg aan.
Sugar Terminal
De suikerterminal wordt in 1988 door het Transit Center Eemshaven geopend. Suiker uit Frankrijk en België wordt uit bulkwagens overgeslagen op zeeschepen. De Sugar Terminal wordt later, door Veem & Factor overgenomen. Vooral eind 1993 is er een groot vervoersaanbod. In ’97 ligt het stil.
Rond 2000 is er steeds in de late herfst toch weer regelmatig aanvoer van suiker, meestal in bloktreinen, daarna stopt het even. In 2003 leeft het plotseling op.
Begin 2005 rijdt Railion acht bloktreinen suiker naar de Eemshaven. Nieuw is dat ACTS containers met suiker afvoert naar Veendam en van daar naar Rotterdam. Ook dit lijkt eenmalig te zijn geweest.
Aan het eind van dat jaar wordt een contract voor 40 suikerbloktreinen uit Wanzleben en via Nieuweschans gesloten. Twintig suikertreinen telt het jaar 2006.
Ook in de winter 2007/2008 worden er suikertreinen gereden.
Met de rest van Veem & Factor gaat de Sugarterminal in 2008 over naar Wagenborg.
Dienstregeling Eemshaven
Sinds 1995: één uc naar Roodeschool en Eemshaven.
6:22 Onnen > Eemshaven > Roodeschool > bediening Roodeschool > Eemshaven > bediening Eemshaven > Onnen.
1997
Er is in de Eemshaven slechts incidenteel vervoer van papier.
2001
06:07 Onnen > verder gelijk aan 1995 > Onnen 10:55
2003
Nog steeds gaan de wagens voor Roodeschool en Eemshaven gecombineerd naar het hoge noorden. In verband met kruisingen met de reizigerstreinen is de maximale lengte 13 wagens. Is er meer aanbod, dan rijdt in de avond een extra trein naar de Eemshaven.
2005
Dit is een topjaar voor de Eemshaven. Door het uitgebreide vervoer van papier en hout naar Wagenborg rijdt er in deze periode rond het middaguur een aparte uc-trein Onnen – Eemshaven. In de nacht rijden de suikerbloktreinen.
2010
Ergens vóór 2010 moet beslist zijn dat de treinen naar Roodeschool en Eemshaven voortaan apart rijden.
Vanaf december 2009 wordt de Eemshaven alleen nog maar op dinsdag, donderdag en vrijdag bediend met een rechtstreekse uc-trein uit Onnen, die meestal uit niet meer dan enkele wagens hout bestaat.
Resumé
Waar praten we over in Groningen? Naast de bedieningen van Delfzijl (zie thema 29) maximaal 5 treinen per week met zeven ketelwagens naar Roodeschool, maximaal drie treinen met enkele wagens hout per week naar de Eemshaven. Maar hoop doet leven, nietwaar?